Lukas 15:24-26 Statenvertaling (SV1750)

24. Want deze mijn zoon was dood, en is weder levend geworden; en hij was verloren, en is gevonden! En zij begonnen vrolijk te zijn.

25. En zijn oudste zoon was in het veld; en als hij kwam, en het huis genaakte, hoorde hij het gezang en het gerei,

26. En tot zich geroepen hebbende een van de knechten, vraagde, wat dat mocht zijn.

Lukas 15