Job 20:1-4 Statenvertaling (SV1750)

1. Toen antwoordde Zofar, de Naamathiet, en zeide:

2. Daarom doen mijn gedachten mij antwoorden, en over zulks is mijn verhaasten in mij.

3. Ik heb aangehoord een bestraffing, die mij schande aandoet; maar de geest zal uit mijn verstand voor mij antwoorden.

4. Weet gij dit? Van altoos af, van dat God den mens op de wereld gezet heeft,

Job 20