1. Jakobus, een dienstknecht van God en van den Heere Jezus Christus; aan de twaalf stammen, die in de verstrooiing zijn: zaligheid.
2. Acht het voor grote vreugde, mijn broeders, wanneer gij in velerlei verzoekingen valt;
3. Wetende, dat de beproeving uws geloofs lijdzaamheid werkt.
4. Doch de lijdzaamheid hebbe een volmaakt werk, opdat gij moogt volmaakt zijn en geheel oprecht, in geen ding gebrekkelijk.