Spreuken 28:4-8 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

4. Wie de wet verzaken, prijzen de goddeloze;maar wie de wet betrachten, ergeren zich aan hen.

5. Boze lieden verstaan het recht niet,maar wie de Here zoeken, verstaan alles.

6. Beter een arme die in oprechtheid wandelt,dan iemand die verkeerde wegen gaat, al is hij rijk.

7. Wie de wet betracht, is een verstandig zoon,maar wie het met de doorbrengers houdt,maakt zijn vader te schande.

8. Wie zijn vermogen door rente en woeker vermeerdert,verzamelt het voor hem die zich over de geringen ontfermt.

Spreuken 28