Richteren 4:20-22 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

20. En hij zeide tot haar: Ga bij de ingang van de tent staan en wanneer er iemand aankomt en u vraagt: Is hier iemand? zeg dan: Neen.

21. Maar Jaël, de vrouw van Cheber, nam een tentpin, greep de hamer, trad zacht op hem toe en dreef de pin in zijn slaap tot zij in de grond drong – want hij was van uitputting in een diepe slaap gevallen – en hij stierf.

22. En zie, daar kwam Barak, die Sisera achtervolgde. Jaël ging naar buiten, hem tegemoet, en zeide tot hem: Kom, en ik zal u de man tonen, die gij zoekt. Toen trad hij bij haar binnen en zie, Sisera lag daar dood, met de pin in zijn slaap.

Richteren 4