Psalmen 73:3-10 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

3. Want ik was afgunstig op de hoogmoedigen,toen ik de voorspoed der goddelozen zag.

4. Want moeiten hebben zij niet,gaaf en welgedaan is hun lichaam;

5. in de kwelling der stervelingen delen zij niet,en met andere mensen worden zij niet geplaagd.

6. Daarom is de trots hun een halssieraad,het geweld omhult hen als een kleed;

7. hun ogen puilen uit van vet,de inbeeldingen van hun hart lopen over;

8. zij spotten, en boosaardig spreken zij van verdrukking,zij spreken uit de hoogte;

9. ze zetten een mond op tegen de hemel,en hun tong roert zich op de aarde.

10. Daarom wendt zijn volk zich hierheen,en als water in overvloed wordt het door hen geslorpt;

Psalmen 73