Psalmen 32:7-11 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

7. Gij zijt mij een verberging, Gij bewaart mij voor benauwdheid,Gij omringt mij met jubelzangen van bevrijding. sela

8. Ik leer en onderwijs u aangaande de weg die gij gaan moet;Ik raad u; mijn oog is op u.

9. Weest niet als een paard, als een muildier zonder verstand,welks trots men bedwingt met toom en bit,opdat het u niet te na kome.

10. Talrijk zijn de smarten van de goddeloze,maar wie op de Here vertrouwt,die omringt Hij met goedertierenheid.

11. Verheugt u in de Here en juicht, gij rechtvaardigen;jubelt allen, gij oprechten van hart.

Psalmen 32