Psalmen 104:23-30 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

23. De mens gaat dan uit tot zijn werk,en naar zijn arbeid tot de avond toe.

24. Hoe talrijk zijn uw werken, o Here,Gij hebt ze alle met wijsheid gemaakt;de aarde is vol van uw schepselen.

25. Daar is de zee, groot en wijd uitgestrekt,waarin gewemel is, zonder tal,kleine zowel als grote dieren;

26. daar gaan de schepen, de Leviatan,die Gij geformeerd hebt om ermee te spelen.

27. Zij alle wachten op U,dat Gij hun spijze geeft te rechter tijd;

28. geeft Gij hun die, zij zamelen op,opent Gij uw hand, zij worden met goed verzadigd;

29. verbergt Gij uw aangezicht, zij worden verdelgd,neemt Gij hun adem weg, zij stervenen keren weder tot hun stof;

30. zendt Gij uw Geest uit, zij worden geschapen,en Gij vernieuwt het gelaat van de aardbodem.

Psalmen 104