35. en één van hen, een wetgeleerde, vroeg, om Hem te verzoeken:
36. Meester, wat is het grote gebod in de wet?
37. Hij zeide tot hem: Gij zult de Here, uw God, liefhebben met geheel uw hart en met geheel uw ziel en met geheel uw verstand.
38. Dit is het grote en eerste gebod.