Marcus 14:1-3 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

1. Nu was het na twee dagen Pascha en het feest der ongezuurde broden. En de overpriesters en de schriftgeleerden zochten, hoe zij Hem door list in handen zouden krijgen en doden.

2. Want zij zeiden: Niet op het feest, opdat er geen opschudding kome onder het volk.

3. En toen Hij te Betanië was in het huis van Simon de melaatse, kwam, terwijl Hij aan tafel aanlag, een vrouw met een albasten kruik vol echte, kostbare nardusmirre; en zij brak de albasten kruik en goot (de mirre) over zijn hoofd.

Marcus 14