Job 3:18-20 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

18. Gevangenen zijn daar altegader gerust,de stem des drijvers horen zij niet.

19. Klein en groot is daar gelijk,en de slaaf is vrij van zijn heer.

20. Waarom geeft Hij rampspoedigen het licht,het leven aan hen die bitter bedroefd zijn?

Job 3