Handelingen 23:27-30 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

27. Daar deze man door de Joden gevangengenomen was en door hen omgebracht zou worden, ben ik tussenbeide gekomen met mijn manschappen en heb hem buiten hun bereik gebracht, daar ik vernomen had, dat hij een Romein was;

28. en begerende te weten te komen, waarvan zij hem beschuldigden, bracht ik hem in hun Raad.

29. Het bleek mij, dat hij werd beschuldigd inzake vragen van hun wet, doch er was geen aanklacht, waarop dood of gevangenschap staat.

30. En daar mij was aangebracht, dat er een aanslag tegen deze man zou worden gepleegd, liet ik hem onmiddellijk naar u brengen en heb ik ook de aanklagers gelast in uw tegenwoordigheid te zeggen, wat zij tegen hem hebben.

Handelingen 23