1 Samuël 20:37-40 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

37. Toen de jongen kwam bij de plek waarheen Jonatan de pijl afgeschoten had, riep Jonatan hem na: De pijl ligt toch verder weg.

38. Daarop riep Jonatan de jongen na: Vlug, maak haast, blijf niet staan! Toen raapte de jongen van Jonatan de pijl op en kwam bij zijn heer.

39. De jongen wist van niets; slechts Jonatan en David wisten, waarom het ging.

40. Daarna gaf Jonatan zijn wapens aan de jongen die hem vergezelde, en beval hem: Ga heen, breng ze naar de stad.

1 Samuël 20