13. Koning Salomo gaf aan de koningin van Seba al wat zij begeerde en vroeg, behalve wat hij haar schonk, zoals men dat van koning Salomo verwachten mocht. Daarop keerde zij met haar dienaren terug naar haar land.
14. Het gewicht van het goud dat in één jaar voor Salomo binnenkwam, bedroeg zeshonderd zesenzestig talenten goud,
15. behalve wat er inkwam van de handelslieden en van de winst der kramers en van alle koningen van Arabië en van de stadhouders des lands.