27. Of denk eens aan de profeet Elisa. Hij genas de melaatse Naäman, een Syriër. Maar van de vele Joodse melaatsen, die ook hulp nodig hadden, werd er niet één genezen.’
28. Dat was de mensen teveel. Woedend sprongen zij op en joegen Jezus het dorp uit.
29. Zij brachten Hem naar de rand van een afgrond even buiten het dorp.