Leviticus 9:10-14 Het Boek (HTB)

10. Toen verbrandde hij het vet, de nieren en het aanhangsel van de lever van zijn zondoffer op het altaar, zoals de Here Mozes had opgedragen.

11. Het vlees en de huid verbrandde hij echter buiten het kamp.

12. Vervolgens slachtte hij het dier van het brandoffer en zijn zonen vingen het bloed op, waarna hij dat over het altaar sprenkelde.

13. Zij brachten het dier in stukken gesneden bij hem, ook de kop en hij verbrandde elk deel apart op het altaar.

14. Hij waste de ingewanden en de schenkels en offerde ook die op het altaar.

Leviticus 9