4. Toen zei Mozes tegen alle Israëlieten: ‘Dit heeft de Here bevolen:
20. Na die woorden gingen de Israëlieten naar hun tenten terug om hun geschenken klaar te maken.
21. Korte tijd later kwamen zij, gedreven door de werking van Gods Geest, met hun gaven van materialen die voor de bouw van de tabernakel, dus al het toebehoren en de kleding van de priesters, konden worden gebruikt.
22. Mannen en vrouwen kwamen met een gewillig hart en brachten allerlei gouden voorwerpen; oorringen, neusringen, zegelringen en halssieraden.