3. Amrams kinderen waren Aäron, Mozes en Mirjam. Aärons zonen waren Nadab, Abihu, Eleazar en Itamar.
16. Zoals hierboven aangegeven, waren Gersom, Kehat en Merari de zonen van Levi.
17. De zonen van Gersom waren Libni en Simi.
18. De zonen van Kehat waren Amram, Jishar, Hebron en Uzziël.
28. De gezinnen van de familie van Samuël werden geleid door Samuëls zonen: Joël, de oudste, en Abia, de tweede zoon.
31. Koning David wees deze mannen als koorleiders aan en liet koren vormen om God in de tabernakel te prijzen, nadat hij daar de ark een plaats had gegeven.