13. Voor de zon weer opkwam, kwam Gideon terug van de strijd.
14. Hij nam een jongen uit Sukkot gevangen. Hij liet hem de namen opschrijven van de 77 belangrijkste mannen van Sukkot.
15. Toen ging Gideon naar Sukkot en zei: "Jullie hebben mij toch uitgelachen toen jullie zeiden: 'Heb je Zeba en Zalmuna dan al in handen? Waarom zouden we brood aan jouw vermoeide mannen geven?' Maar kijk, hier zijn Zeba en Zalmuna!"
16. En hij liet dorens en distels halen en gaf de leiders van de stad daarmee ervan langs.