Psalmen 89:39-44 BasisBijbel (BB)

39. Toch bent U boos gewordenop de man die U tot koning heeft gezalfd.Toch heeft U hem verlaten.

40. U heeft uw verbond met hem verbroken,U heeft zijn kroon tegen de grond gegooid.

41. U heeft de stadsmuren afgebroken,de burchten tot een puinhoop gemaakt.

42. Iedereen die langskwam heeft hem beroofd.De buurvolken lachen hem uit.

43. U heeft zijn vijanden machtig gemaakt.Ze zijn blij dat ze sterker zijn dan hij.

44. U heeft hem niet geholpen in de strijd.Daardoor kon hij niet overwinnen.

Psalmen 89