8. God heeft in zijn heiligdom tot mij gesproken.Juichend spring ik op.Ik zal Sichem verdelen.Het Sukkot-dal zal ik opmeten [ om het te verdelen ].
9. Gilead en Manasse zijn van mij,Efraïm is mijn helm,Juda is mijn heersersstaf.
10. Moab is mijn waskom [ en moet mij dienen ].Op Edom zet ik mijn voeten neer.Filistea overwin ik.