Johannes 13:29-31 BasisBijbel (BB)

29. Ze dachten dat Jezus bedoelde dat Judas iets moest gaan kopen wat ze voor het feest nodig hadden. Of dat hij iets aan de arme mensen moest gaan geven. Dat dachten ze omdat Judas altijd het geld bewaarde.

30. Judas pakte het stuk brood aan en vertrok onmiddellijk. Het was inmiddels nacht.

31. Toen Judas was vertrokken, zei Jezus: "Nu zullen jullie zien hoe machtig de Mensenzoon is. En daaraan zal ook te zien zijn hoe machtig God is.

Johannes 13