Hebreeën 12:4-8 BasisBijbel (BB)

4. Maar jullie hebben nog niet op leven en dood tegen het kwaad gestreden.

5. Jullie zijn vergeten dat God jullie als zonen en dochters toespreekt en aanmoedigt. Hij heeft gezegd: "Mijn zoon, doe er iets mee als de Heer je opvoedt en je bestraft. Verlies er niet de moed door.

6. Want Hij doet dat omdat Hij van je houdt en omdat je zijn kind bent geworden."

7. God behandelt jullie dus als zijn kinderen. En elk kind wordt toch door zijn vader opgevoed en bestraft?

8. Als je niet [ door Hem ] opgevoed en bestraft wordt, ben je kennelijk niet zíjn kind, maar het kind van iemand anders.

Hebreeën 12