Exodus 29:15-17 BasisBijbel (BB)

15. Daarna moeten Aäron en zijn zonen hun handen op de kop van één van de schapen leggen.

16. Slacht dat schaap daarna en werp het bloed rondom tegen de zijkanten van het altaar.

17. Verdeel het schaap in stukken. Was de darmen en poten en leg ze op de kop en de andere stukken.

Exodus 29