Deuteronomium 22:1-2 BasisBijbel (BB)

1. Als je een weggelopen koe, schaap of geit van iemand anders vindt, moet je het dier terugbrengen. Je mag het dier niet aan zijn lot overlaten.

2. Als de eigenaar niet bij je in de buurt woont, of als je niet weet van wie het dier is, dan moet je zelf voor het dier zorgen. Je moet het bij je houden totdat de eigenaar het komt zoeken. Dan moet je het hem teruggeven.

Deuteronomium 22