2 Samuel 3:4-7 BasisBijbel (BB)

4. De vierde zoon heette Adonia. Zijn moeder was Haggit. De vijfde zoon heette Sefatja. Zijn moeder was Abital.

5. De zesde zoon heette Jitream. Zijn moeder was Egla, ook een vrouw van David. Deze zonen werden geboren in de tijd dat David in Hebron woonde.

6. In de tijd dat er oorlog was tussen Isboset en David, kreeg Abner steeds meer invloed bij Isboset.

7. Saul had een bijvrouw gehad die Rizpa heette. Ze was een dochter van Aja. Isboset zei tegen Abner: "Waarom ben jij met de bijvrouw van mijn vader naar bed geweest?"

2 Samuel 3