38. Maar God laat er een bepaalde plant uit groeien. Uit elke soort zaad groeit een bepaalde soort plant.
39. Ook zijn niet alle levende wezens hetzelfde. Het lichaam van mensen is anders dan van dieren. En het lichaam van vogels is weer anders dan van vissen.
40. En aardse lichamen [ zoals mensen, dieren en planten, ] zijn weer anders dan de hemellichamen [ zoals zon, maan en sterren ]. Ze zijn verschillend van schoonheid.